Dopje

 

Zonder ons onder Zijne Majesteit’s Wapenen te scharen verblijven wij de laatste tijd met zeer grote regelmaat in de intieme beslotenheid van diverse kazernes. Wij houden ons als brave burgers (anders kom er niet in tenzij je natuurlijk Stegeman heet) uitsluitend bezig met apparaten die zich in de keukens bevinden. Uiterst belangwekkend werk daar met een slecht gevoede soldaat, de strijd tegen de Vijand een moeizaam verhaal wordt zo niet reeds bij voorbaat verloren is. Alles wat er in die keukens aan kookketels, ovens, braadpannen, frituren, magnetrons en niet in de laatste plaats koffiezetmachines staat, moet in optimale conditie zijn teneinde de strijdkrachten in een zelfde, zo niet betere, gesteldheid te houden.

Om de resultaten van onze noeste arbeid te zien, voegen wij ons tijdens de lunch onder deze krijgsmannen en vrouwen. Het is amper mogelijk om een objectiever beeld te krijgen van dat wat wij beogen. Natuurlijk weten wij best dat ook de koks een figuurlijke duit in het eveneens figuurlijke zakje doen maar wij zien deze mannen (echt waar, nog geen vrouw als kok gezien!!) als een schakel in de ketting die ligt tussen ons werk en de gevulde borden op de tafels. Zonder werkend gasfornuis geen erwtensoep en zonder frituur geen frikandel.

Tijdens de lunch doen wij dapper mee. Het wekt natuurlijk argwaan als wij met scherpe blik de kauwbewegingen, het mogelijke kokhalzen, het in paniek de handen klauwen rond de maagstreek of zelfs het ter aarde storten observeren en niet manmoedig zelf ook de beker tot de laatste slok leegdrinken. Uiteraard zal men, in voorkomend geval, direct de vinger wijzen naar de spijsbereiders maar daar ook hen niets menselijks vreemd is, wijzen hun vingers prompt naar ons. Terecht. Een frituur die niet warm wordt, een koeling die niet koelt of een oven die niet bakt zijn ons aan te rekenen. Gelukkig is het tot nu toe goed gegaan. We zijn niet alleen brave burgers. We zijn, net als de koks, vakmensen die hun vak verstaan.

Nu wordt niet alles meer in de kazernes zelf bereidt. De slager die er vroeger was en uit karkassen de karbonades, doorregen runderlappen of speklapjes sneed, is er al lang niet meer. Toen stond er ook een kolossale tank met melk op de uitgiftebalie. Middels een bedienbare handel die een vermoeden gaf van een achterliggend ingenieus systeem, kon je de metalen drinkbak, wat een onderdeel was van je persoonlijk uitrusting, vullen met net zo veel of weinig melk als je wilde. Nu wordt dit koeiensap in halfvolle samenstelling door de groothandel aangeleverd in verpakkingen van een achtste en halve liter. Deze verpakkingen met wervende teksten en suggestieve afbeeldingen zijn afgesloten met een wit, draaibaar dopje.

 

Met dat dopje is iets aan de hand. Na de lunch wordt je vriendelijk verzocht het dopje in een bak te doen en zodoende een bijdrage te leveren aan de leefbaarheid van de blinde medemens. Je steunt met deze simpele handeling de opleiding van de geleidehond. Wij zetten daar onze vraagtekens bij. Wij kunnen ons nog herinneren dat je vroeger zilverpapier moest inzamelen voor de arme mensen in Afrika. Ook de aluminium afsluiting van de glazen melkfles was voor dat doel uitermate geschikt. Het is mij nooit duidelijk geworden hoe de inzameling van dat zilverpapier en dat aluminium een bijdrage konden leveren aan het welbevinden van die arme negertjes in Afrika. Nu dreigt hetzelfde te gebeuren.

Het spijt mij te moeten vertellen dat wij een volledige lunch lang, geen enkele aandacht aan onze disgenoten geven omdat het vraagstuk van de dopjes en de geleidehonden ons te zeer beroert. Welke onvermoede potenties bezitten die dopjes? De mogelijkheid dat er een soort statiegeld op zou zitten wordt al snel van tafel geveegd. Elk dopje één eurocent of één euro per kilo? Wie van de vele leveranciers betaalt dat dan uit en wat moeten zij beginnen met al die dopjes? Hergebruiken kan niet want er blijft een niet onbelangrijk onderdeel van de sluiting in de verpakking zitten.

De suggestie dat wij het in de slimheid van de hond zouden kunnen zoeken brengt ons verder. Stel dat zo’n hond een duidelijk signaal krijgt dat de te geleiden man of vrouw blind is, dan zou het beest ook weten dat er van hem geleidende activiteiten verwacht worden. Dus een montuur waarin twee dopjes als witte of gekleurde glazen verwerkt zijn en die gedragen wordt door de visueel gehandicapte, kan de hond dat signaal geven. Een andere mogelijkheid die ook bijzonder aantrekkelijk lijkt, is de hond te leren waarheen hij geleiden moet. De slimheid van zo’n beest moet je ook niet overschatten. Met een ‘Kazan, naar de Kerkstraat nummer 5’ kom je er als blinde niet. Maar wel als je de hond de weg wijst. Als er iemand vooruit loopt die op regelmatige afstand een dopje op straat legt, de hond traint in het volgen van de dopjes en hem zo de weg naar de Kerkstaat wijst, kom je er zeker. Dat zou ook mooi kloppen met de foto naast de wervende tekst. Aan het eind van de wandeling heeft de hond alle dopjes voor hergebruik opgeraapt.

Zwijgend starend over de houten tafel en met onze gedachten bij de dopjes en de hond, nemen wij de laatste happen van onze lunch. Wij voelen, nee, wij weten dat ook deze mogelijkheden onmogelijkheden zijn. Met spijt concluderen wij dat we het niet weten en dat een vraag die er sinds het zilverpapier is, nog steeds onbeantwoord blijft. Wijn uit water, goud uit lood, zilverpapier en gelukkige negertjes of dopjes en slimme geleidehonden….. is er iemand die de steen der wijzen heeft? Wij hebben die in ieder geval niet en gezagsgetrouw laten we ons dopje in de bak vallen. Goed zo! Braaf!

 

© peter gortworst / aug.2016

Foto in het midden: Dorus Aarts, Kok in de Pr. Bernhardkazerne te Amersfoort.

Overige afbeeldingen zijn eigen opnamen  

Dit bericht werd geplaatst in korte verhalen en getagged met , , , , , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

2 reacties op Dopje

  1. Rob Alberts zegt:

    De Steen der Wijzen heb ik niet.
    De inzameling van doppen heb ik nog niet gezien.
    Waarschijnlijk heb ik mijn eigen doppen daarvoor tot nu toe gesloten.

    Maar nu ik hier via jouw blog weet van heb zal ik voortaan de plastic doppen gaan verzamelen.

    Als klein kind heb ik tenslotte ook niet begrijpend de aluminium doppen van de glazen melkflessen verzameld.

    Vriendelijke groet,

    Geliked door 2 people

  2. Palescue zegt:

    Voorwaar een heikel punt waarvan naarstig naar de onderste steen zou moeten worden boven gehaald. Kamervragen, enquêtes, commissies van Verenigde Naties – om te beginnen.

    Like

Plaats een reactie